Interview

Babette Porcelijn: ‘Vlees is het probleem, niet de plastic verpakking eromheen’

Babette Porcelijn schreef een bezield boek om mensen te winnen voor een duurzamer bestaan. Ze legt onze impact op de planeet bloot en schetst vervolgens een duurzame samenleving: “Die is voor iedereen beter, rijker en fijner dan de huidige”, luidt de boodschap van Porcelijn.

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
Babette Porcelijn zat thuis op de bank toen haar wereldbeeld voorgoed kantelde. Met een paar weetjes beschreef haar man Rick hoe schadelijk onze levensstijl is voor de planeet. Porcelijn: “Zijn verhaal sloeg in als een bom. Ik dacht dat we goed bezig waren. Toen besloot ik dat ik iets moest doen aan die onwetendheid”.

Haar boek De verborgen impact verscheen in mei 2016, na tweeënhalf jaar onderzoek. Vanaf vandaag is de herziene versie van het boek overal verkrijgbaar. Porcelijn ondersteunt haar betoog met een indrukwekkende dataverzameling; helder vormgegeven met kleurrijke grafieken en staafdiagrammen. Ze werkte eerder tien jaar als designer voor ontwerpbureaus. Ik sprak Porcelijn over haar boek en over de opgave van verduurzaming.

Waar gaat het verduurzamen volgens jou fout?

“We staren ons blind op de kleine dingen. We richten onze pijlen bijvoorbeeld op de plastic verpakking van vleeswaren, terwijl de inhoud – het vlees – een veel grotere impact op het ecosysteem heeft. Daarnaast negeren we driekwart van de productieketen: de grondstoffen die nodig waren, het maken en verpakken van het product, het transport, en de afvalverwerking wanneer we het weer weggooien.”

“Én we focussen op CO2, terwijl druk op water, ontbossing, grondstoffen, uitputting van natuurlijke hulpbronnen en vervuiling ook belangrijke problemen zijn. Alles bij elkaar blijft tachtig procent van onze impact verborgen.”

Waarom is de verborgen impact zo omvangrijk?
“Bedrijven gaan natuurlijk niet adverteren met de boodschap dat de andere kant van de wereld met de gebakken peren zit. Daar hebben ze geen baat bij. Dus verstoppen ze de vuile was. Ze doen ons liever geloven dat we goed bezig zijn.”
Willen mensen het misschien ook niet weten?
“De gevolgen van ons consumptiegedrag ondervinden we niet aan den lijve, dat maakt het lastig. Ons brein is er niet op ingesteld een verband te leggen tussen alledaagse dingen en de impact daarvan op mensen en dieren die duizenden kilometers verderop leven.”

“Als je een nieuwe computer koopt, vallen de dieren om je heen niet plots dood neer. Het is precies dit gebrek aan tastbare gevolgen dat een besef van de impact van ons handelen bemoeilijkt. Dat wil niet zeggen dat mensen vroeger geen ecosystemen verwoestten. Het verschil is dat we toen konden verkassen naar een ander gebied. Dat gaat niet meer, want nu vervuilen we de hele planeet.”

Kortgeleden kwam het tv-programma Zondag met Lubach met een ludieke actie: de SlechterLeven-stickers. Helpt het als je mensen er keihard op wijst welke producten buitenproportioneel schadelijk zijn voor het ecosysteem?
“Het was een leuke actie, maar je motiveert mensen niet door ze een schuldgevoel aan te praten. Ik geloof wel dat duurzaamheid de norm moet zijn: dat betekent dat de planeet het moet aankunnen.”

“We leven in Nederland alsof we over 3,6 aardes beschikken. Mensen beseffen dat niet. Geef daarom op alle verpakkingen aan wat de impact van het product is. Maak het inzichtelijk voor mensen, maak het ze makkelijker om de juiste keuze te maken, maar ga niet met het vingertje wijzen.”

We leven in Nederland alsof we over 3,6 aardes beschikken

Als ik je boek lees, krijg ik de indruk dat de bal vooral bij de consument ligt.
“Ik heb het boek dan ook geschreven voor de consument. Uiteindelijk trekt die aan de touwtjes, door te bepalen welke bedrijven winst boeken en welke politici verkozen worden. En natuurlijk is er een wisselwerking: daarom probeer ik bedrijven te overtuigen over te stappen op andere, duurzamere businessmodellen.”

Ik mis het menselijke element, de sociale impact, een beetje in je boek.
“Mijn onderzoek was erg breed. Ik heb uiteindelijk besloten me te beperken tot onze impact op het milieu. Sociale aspecten schuren daar weliswaar tegenaan, maar als ik die ook in het boek had opgenomen, was het allemaal te zwaar geworden: te ontmoedigend, vooral. En ik wil mensen juist in beweging brengen.”

Hoe sta je tegenover de verschillende stromingen van verduurzaming?
“Aan de ene kant van het spectrum staan de ecomodernisten die alles willen rationaliseren, en aan de andere kant de biodynamische beweging, die alles op gevoel wil doen. Ecomodernisten leunen teveel op technologische oplossingen die duur en ondemocratisch zijn. Ze sturen aan op de totstandkoming van monopolies en zo wordt een bedrijf als Monsanto heer en meester van de wereld. Bij de biodynamische stroming mis ik de urgentie, en hun methodes laten zich niet opschalen naar de behoeften van de uitdijende wereldbevolking.”

Technologische vooruitgang moet niet exclusief zijn

Aan welke kant van het spectrum sta jij?
“Ik hou wel van de rationaliteit van de ecomodernisten. Mijn primaire doel is een veilige wereld, niet per se het redden van de natuur. We hebben de natuur al herschapen. We modificeren voedsel en maken processen efficiënter. Dat is meestal een goede aanpak. Technologische vooruitgang moet echter niet exclusief zijn, daar zit het gevaar. Vluchtelingen en asielzoekers komen al massaal in beweging omdat ze thuis niks meer hebben. En ik geef ze geen ongelijk! We kunnen onrust en conflict niet voorkomen als we deze mensen de rug toekeren en een ongelijke verdeling van technologie in stand houden.”

Denk je wel eens: ‘jongens, we weten inmiddels toch beter’?
“Of we inmiddels beter weten, durf ik niet te zeggen. Dan zou ik overbodig zijn, dat zou mooi zijn. Ik zie echter dat we vaak pennywise but poundfoolish zijn. Zo weten we inmiddels dat er microdeeltjes plastic in cosmetica zitten; daar willen we vanaf. Terwijl we met een kilometer autorijden meer van die microplastics uitstoten dan in een heel jaar voor de badkamerspiegel. En die deeltjes verdwijnen tenminste in het wastafel- en doucheputje, waarna ze in een rioolwaterzuiveringssysteem belanden. Die van de auto komen zo in het oppervlaktewater terecht.”

De crux: weet wat de grootste negatieve impact heeft en pak die dingen eerst aan

Hoe krijg je mensen het beste om?
“Door te benadrukken dat verduurzamen positief is. Het is ook goedkoper. De crux van mijn verhaal is: weet wat de grootste negatieve impact heeft en pak die dingen eerst aan. Besluit om niet meer te vliegen, doe je auto weg en ga plantaardig eten. Je zult die dingen na verloop van tijd niet missen, je wordt vanzelf creatiever in het bedenken van alternatieven. Ik ga nu bijvoorbeeld vaak op fietsvakantie.”
En hoe ziet de duurzame samenleving er straks uit?
“Onze energie wordt zo snel mogelijk hernieuwbaar. Voedselsystemen worden circulair; kortom, we gooien niets meer onnodig weg. Verspilling wordt iets van het verleden. We gaan de natuur op land en onder water herstellen. De ontboste gebieden gaan weer groen kleuren. Tenslotte blijven we strijden voor emancipatie en tegen armoede, en betalen we voortaan de true price van producten.”

Zijn er voldoende mensen die zo’n positieve visie op duurzaamheid schetsen?
“Nee, en dat zou juist enorm helpen. Vaak zijn voorspellingen zwartgallig en dreigend, benadrukken mensen wat er allemaal kan misgaan. Daarom wil ik onderzoeken hoe de wereld eruit zou zien als we vanaf nu alles goed aanpakken en binnen de draagkracht van de planeet zouden leven. Mensen hebben een concrete stip aan de horizon nodig; een aanlokkelijk toekomstperspectief. Dingen schetsen en voorstellen, dat is een ontwerpersopgave. Daarom is deze taak geknipt voor mij!”

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons