Is de snelle e-bike een leasebak-killer?

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Zo diep mogelijk gebogen over het stuur nader ik Aalsmeer. Achter mij wacht de jonge renner tot hij de kop over kan nemen. Onze snelheid ligt tussen de 36 en 40 per uur – terwijl de wind schuin tegen is. Ik weet dat ik met vuur speel. Om de renner partij te kunnen bieden, heb ik de trapondersteuning van ‘Eco’ naar ‘Tour’ opgeschakeld. Ik heb nu nog maar voor 20 kilometer in de accu. Zo haal ik Amsterdam nooit. Gelukkig slaat de renner af bij Aalsmeer. Ik kan weer terug naar Eco.  

Ik had op zijn zachtst gezegd gemengde gevoelens over hispeed e-bikes en hun berijders. Ik vond het altijd valsspelers, meestal nauwelijks afgetrainde mannen die je ineens met 40 km/uur voorbij denderen, met een verbeten trek om de lippen. Als je met je racefiets in hun wiel ging zitten, werden ze nijdig. Meer dan eens maakte ik mee dat ze op het uiterste randje langs de stoep gingen rijden, zodat je niet uit de wind kon zitten. Of het rode stoplicht negeerden. Alles om jou af te kunnen schudden.

De testfiets, een Bluelabel Charger van Riese & Müller

Onzichtbare hand
Maar het Low Car Diet van milieuclub Urgenda – bedoeld om managers uit hun auto te krijgen – haalde me over. Voor het woon-werkverkeer is de snelle e-bike een potentiele leasebak-killer: langs de files knallen en tegelijk per afgelegde kilometer 200 (!) keer minder CO2 uitstoten. Als je de accu oplaadt met je eigen zonnepalen, ben je helemaal lekker klimaatneutraal bezig.

Ik zou mezelf een extreme challenge opleggen: een week lang per snelle e-bike van Leiden naar Amsterdam vv, zo'n 100 kilometer. Daarbij zou ik de randen opzoeken van wat de accu aankan. Na een kleine week kom ik tot een aantal conclusies. Ten eerste: de eerste rij-ervaring met de snelle elektrofiets is verbazingwekkend. Je wordt met een onzichtbare hand voortgestuwd tot enorme snelheden. Door de brede ‘Schwalbe Big Ben’ banden van mijn testfiets is de wegligging fenomenaal. De schijfremmen zorgen dat je zo nodig snel tot stilstand komt.

De tweede conclusie is dat een e-bike wel gewoon een fiets blijft: er moet getrapt worden. In mijn geval zelfs flink getrapt. Met tegenwind en koude ochtenden is 50 km zonder tussentijds opladen nog wel te doen. Maar dan wel grotendeels in de lichtste stand. Scheuren is er niet bij. Op een van mijn trips werd ik zelfs ingehaald door een gezette forens in spijkerbroek op z’n snelle e-bike, de ultieme vernedering.

De vijf gouden tips van de OneWorld-testrijder:
 

  • Doe het niet in je spijkerbroek, dat gaat wringen als je meer dan 10 km moet.
  • Eet je bordje niet te snel leeg, doseer je power.
  • Zet een helm op, zo niet voor jezelf, dan wel voor de mensen die je dierbaar zijn.
  • Anticipeer op andere weggebruikers die jouw snelheid verkeerd inschatten.
  • Wees sociaal: laat andere fietsers meeprofiteren van jouw power.

Volmaakte ontspanning
Uiteindelijk is de balans zeker positief. Voor afstanden van 15 tot 30 kilometer tot je werk is de snelle e-bike behoorlijk ideaal. En binnenkort is het gedaan met de – van elektrische auto’s bekende – range anxiety: de nieuwe accu’s bieden 500 in plaats van de nu gangbare 400 watt. De voornaamste winst – naast de CO2-reductie – is misschien wel de staat van volmaakte ontspanning waarin je op je werk en thuis arriveert. Als de leasende topmensen en masse over zouden stappen, zou de wereld er ongetwijfeld een stuk mooier uitzien.

Met dank aan Jelle Visser van Riese und Müller.

Een abonnement op OneWorld magazine voor 25 euro

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons