Achtergrond

Zo help je Nepal met sociale media

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Instagrammen
Een paar uur na de eerste aardbeving in Nepal op 25 april, wordt het ‘Nepal Photo Project’ gelanceerd. Een initiatief dat via de hashtag #nepalphotoproject foto’s op Instagram verzamelt van fotografen die ter plekke aanwezig zijn. Het doel: het menselijke verhaal achter de natuurramp vertellen door sprekende beelden te publiceren met een uitgebreide beschrijving.   

Sheombar: “Dit is goed voorbeeld van empowerment. Sociale Media zijn immers geen eenrichtingverkeer. Niet alleen een Westerse fotograaf kan beeld schieten van een ramp en het leed, een lokaal persoon kan dat natuurlijk ook. Om deze manier kunnen Nepali zich via Instagram manifesteren. Visualisaties zijn daar een goed middel voor, want een beeld zegt vaak meer dan 1000 woorden”

“Bovendien zijn de foto’s functioneel: door beeld via social media te posten, rapporteer je wat er ter plekke gebeurt. Dat kan bruikbare informatie opleveren voor hulpverleners en journalisten. Tijdens een ramp gaan de wildste verhalen ten ronde, terwijl informatie en beeldmateriaal moeilijk te verifiëren is. Zo gaat een foto van twee Nepalese kinderen tijdens de aardbeving ten ronde, die gewoon uit Vietnam blijkt te komen. Door veel fotografen over hetzelfde rampgebied te laten rapporteren, filter je zulke fouten er snel uit.”

Wie is Anand Sheombar? Anand Sheombar is een ICT professional met ruim 20 jaar ervaring in het gebruik van ICT voor onderwijs, onderzoek en gezondheidszorg. Sinds 2010 onderzoekt hij als deeltijdonderzoeker het gebruik van sociale media door Nederlandse ontwikkelingssamenwerkingsorganisaties. Hij tweet regelmatig als @anandstweets

Crowdmapping
Voor goede noodhulp zijn actuele en nauwkeurige landkaarten cruciaal. Zo ook van de getroffen gebieden in Nepal. Het Humanitarian OpenStreetMap Team (HOT) en Tomnod maken daarom nauwkeurige open-source-landenkaarten van rampgebieden op basis van satellietfoto’s. En dat doet doen de teams niet alleen: wereldwijd voeren vrijwilligers computertaken uit ter ondersteuning. Online kun je zien welke taken open staan en een stukje satellietfoto onder de loep nemen. Alle kaarten worden uiteindelijk door de organisaties gecontroleerd voordat de hulpverleners er gebruik van maken.

“Het mooie van crowdmapping is dat vrijwilligers wereldwijd op afstand hulp kunnen verlenen in een paar uurtjes. De kaarten die zij maken zijn heel belangrijk voor de logistiek van hulporganisaties, die bijvoorbeeld willen weten welke begaanbare wegen ze kunnen gebruiken om hulpgoederen te transporteren.

Of je dit belangrijke werk kan overlaten aan vrijwilligers is een punt van discussie. Maar ik denk van wel. In beide mapping-systemen werk je nooit alleen. Er zijn altijd  meerdere mensen die naar dezelfde kaart kijken. Op die manier bundel je kennis samen en filter je de onjuistheden eruit. Bovendien heeft met name Open Street Map een goed trackrecord. Dit idee is niet gisteren bedacht en bij meerdere rampen aanwezig geweest.

Dit gifje laat zien hoe Open Street Map vrijwilligers onder andere straten in kaart brengen in de 48 uur na de eerste aardbeving in Nepal. [[{“fid”:”36642″,”view_mode”:”default”,”fields”:{“format”:”default”,”field_file_image_alt_text[und][0][value]”:””,”field_file_image_title_text[und][0][value]”:””},”type”:”media”,”attributes”:{“style”:”height:298px; width:750px”,”class”:”file-default media-element”}}]]

Wel een kanttekening: zo'n kaart is een cruciale schakel in het versnellen van noodhulp, maar zegt niet per se iets over de logistieke mogelijkheden. Je weet bijvoorbeeld niet hoeveel brommers er in Kathmandu beschikbaar zijn om te hulp te transporteren.

Daarentegen vind ik het juist weer mooi dat crowdmapping vaak in ‘hackathons’ gebeurd, waarbij een groep offline afspreekt en gezamenlijk aan de kaarten werkt. Dit laat zien dat sociale media niet alleen om technologie gaan, maar ook een sociaal-cultureel aspect hebben en een ware gemeenschap kunnen creëren.”

De 'nood-app'
Wat hebben deze mensen in Nepal eigenlijk nodig? Om deze vraag te beantwoorden, maakt ICCO momenteel gebruik van een ‘nood-app’ van AKVO, waarmee je de noden van de bevolking per regio in kaart brengt. Mensen kunnen zo via een tablet of telefoon snel aangeven wat hun meest urgente behoefte is. Heb je drinkwater nodig, onderdak of liever cash om zelf spullen mee te kopen?

“Dit is van oorsprong een monitoring-tool voor ontwikkelingssamenwerking. Nu wordt dus gekeken of je ook kunt gebruiken tijdens humanitaire rampen. Een goede ontwikkeling, denk ik.

Foto: Flickr/AKVO (cc)

Deze tool biedt je geen informatie voor de eerste uren direct na de aardbeving. Dan wil je razendsnel weten waar de slachtoffers zijn en waar je naar toe moet. Maar voor de periode daarna lijkt dit me ontzettend handig: mensen in nood weten zelf het beste wat ze nodig hebben. Dat kan een deken zijn, maar ook cash of psychosociale hulp. Dit is dus wederom een empowerment-tool.

Een nadeel is dat je internet of een telefoonnetwerk nodig hebt om de offline verzamelde data te verwerken. Dat is direct na de ramp en in rurale gebieden vaak niet mogelijk. Maar voor noodhulporganisaties hoeft dat geen probleem te zijn, die zetten vaak ter plekke hun eigen satellietnetwerk op.”

Crowdfunding 
Sinds de aardbeving in Nepal schieten de Crowdfunding-projecten als paddenstoelen uit de grond. Crowdfuding is een makkelijke manier om je netwerk te mobiliseren om geld en kennis in te zamelen voor jouw project. In Nederland begon Jeltje Lamichhane bijvoorbeeld een campagne om geld in te zamelen om infrastructuur en cultureel erfgoed in Nepal te herstellen.


Nederlandse crowdfuning-actie voor een project in Nepal.

“Crowdfunding is natuurlijk een breed begrip en meer een methode dan een tool. Er bestaan veel mythes over en is nog veel te leren over de do’s en don’ts. Maar wat ik boeiend vind aan crowdfunding is dat niet alleen wij, vanuit hier, het gebruiken om iets te doen voor Nepal, maar de Nepali het ook zelf kunnen inzetten. Er zullen ongetwijfeld Nepalese crowdfundingacties bestaan, maar die zijn minder zichtbaar hier in Nederland. En dat is logisch: die actie zal eerder op eigen bevolking gericht zijn en in de lokale taal zijn. Bovendien zal zo’n actie op dit moment misschien niet om geld gaan, maar landgenoten vragen om hun kennis, tijd of spullen in te zitten.”​ 

Benieuwd naar nog meer tools? Check dit overzicht van online platform Ushahidi en de Facebookgroep SoMe4Dev.

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons