Achtergrond

Haïti strompelt van ramp naar ramp

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

De beelden van talloze platgewaaide krotten na de orkaan maakten de kwetsbare armoede van Haïti deze week weer pijnlijk zichtbaar. Mededogen volgde, maar ook kritische reacties. Waarom had de ruimhartige hulp na de aardbeving van 2010 geen grotere weerbaarheid en stevige bebouwing opgeleverd?

Esther van der Woerdt, noodhulpexpert voor UNICEF, zat in de jaren na de aardbeving in Haïti. Zij legt uit waarom Haïti ondanks alle hulpgelden nog steeds straatarm is. En nog wel even zal blijven. 

“De meeste donaties meteen na de verwoestende aardbeving, gingen naar acute noodhulp. Dat was hard nodig met 230.000 doden, ruim 300.000 gewonden, 1,5 miljoen daklozen en een cholera-epidemie. Hulporganisaties deden hun best de nood te lenigen. Ze voerden schoon drinkwater aan voor honderdduizenden mensen. Er moest puin worden geruimd, voedsel komen, medicijnen en materialen voor tijdelijke behuizing. De hulpstroom moest over zee of door de lucht, zodat de pot met het beschikbare geld snel leeg raakte.

Geen reserve
Een deel van het hulpgeld bleef over voor wederopbouw en ramppreventie. Met alleen al geld vanuit Nederland zijn onder meer 8500 huizen en 55 scholen gebouwd of hersteld. Ook kregen 190.000 mensen training in rampenbestrijding. Daarna was Haïti weer grotendeels op zichzelf aangewezen en zakte het tempo waarin dit alles gebeurde in. Want al vóór de aardbeving was het land straatarm: de gemiddelde Haïtiaan had geen enkele reserve voor het repareren of herbouwen van zijn onderkomen. 

Veel krottenwijkbewoners die door de aardbeving dakloos waren geworden, bleven daarom in de opvangkampen. Daar hadden ze een hutje kunnen bouwen van gedoneerde golfplaten en dat was al veel beter dan wat ze daarvoor hadden. Pas toen alle diensten in de kampen waren afgebouwd, gingen ook zij weer op zoek naar een eigen plek.  

Wankelende gebouwen
De huizen die er kwamen waren niet al te stevig. Voor de meeste Haïtianen was het te lastig om zich te houden aan de strenge regels voor aardbevingsbestendige huizenbouw. Dus wankelden veel gloednieuwe bouwsels op aangelengd cement of onvoldoende gedroogd beton. Of een huis werd als tijdelijk beschouwd en daarom provisorisch neergezet.

Lang voor alle inwoners zich hersteld hadden van de aardbeving, raasden de volgende rampen alweer over het eiland. Orkaan Tomas in 2010, Emily in het volgende seizoen, Isaac in 2012 en dit jaar dus Matthew.  

Nog veel hulp nodig
Haïti strompelt zo van ramp naar ramp. De verbeteringen die er inmiddels zijn – versterking van overheidsorganen, hygiënelessen op scholen, depots met noodgoederen op verschillende plekken in het land – schelen iets. Maar het zal nog lang duren voordat de armoedige beelden van Haïti helemaal uitblijven. Tot dat moment zal er nog veel hulp nodig zijn.”

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons