Achtergrond

Beloofd is beloofd

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Vandaag is het precies 25 jaar geleden dat de wereld een belangrijke belofte deed aan alle kinderen: op 20 november 1989 namen de leden van de Verenigde Naties (VN) het Verdrag inzake de rechten van het kind aan. De ondertekenende landen beloofden daarmee alles te doen wat in hun macht ligt om kinderen vrij te laten opgroeien en zich te ontwikkelen. Want naast de rechten van kinderen, houden de 54 artikelen ook plichten in voor volwassenen. Zij zijn immers degenen die moeten zorgen dat kinderrechten worden beschermd en nageleefd.

Dat gebeurde in de afgelopen 25 jaar soms met succes. Zo is de sterfte van kinderen onder de vijf jaar met bijna de helft afgenomen en is er 30 procent minder kinderarbeid dan een kwart eeuw geleden.

Geen feestje
Toch is er helaas weinig reden voor een feestje: op dit moment staat de wereld in brand. Dat betekent dat in landen als Syrië, Zuid-Soedan en Irak kinderen de dupe van uitzichtloos geweld. Tientallen miljoenen kinderen groeien op in oorlogssituaties of in landen die na het conflict overeind proberen te krabbelen. Ook zijn vele van hen gevlucht voor het geweld.

De oorlog laat naast zichtbare ook ontzichtbare littekens na

Zo ook Abdelfatah, een Syrisch jongetje dat met zijn hele familie in Libanon verblijft. Hij wil niets liever dan naar huis, zegt hij, maar dan zonder de bombardementen of schoten. Abdelfatah is niet de enige kindvluchteling. Sinds het begin van de oorlog in Syrië zijn al 1,6 miljoen kinderen gevlucht. Zij hebben dingen gezien en meegemaakt die geen kind zou moeten meemaken. Veel kinderen zijn hun ouders kwijt en wonen onder erbarmelijke omstandigheden in buurlanden als Libanon. Deze kinderen kunnen geen kind meer zijn: ze werken, jonge meisjes trouwen en kinderen nemen zware verantwoordelijkheden op in hun familie.

Vergeten: psychosociale zorg
Gelet op de tientallen brandhaarden in de wereld is één artikel in het Kinderrechtenverdrag vandaag de dag actueler dan ooit: artikel 39. Hierin staat dat kinderen die slachtoffer zijn van oorlogsgeweld recht hebben op bijzondere zorg: psychosociale steun. Drinkwater, sanitaire voorzieningen en goede voeding zijn de eerste behoeftes die kinderen moeten krijgen in conflictsituaties. Maar dat is niet genoeg.  

Psychosociale zorg is een belangrijke, maar vaak vergeten component in humanitaire hulp. Er is simpelweg te weinig aandacht en geld voor. Dat is zeer zorgelijk, want bijna alle kinderen in conflictgebieden laten heftige veranderingen zien in hun emoties, gedrag en gedachten. Ze zijn wanhopig en onzeker. De oorlog laat naast zichtbare ook onzichtbare littekens na. In landen als Syrië dreigt nu een verloren generatie op te groeien van kinderen die hun toekomst niet kunnen opbouwen. Willen we dat voorkomen, dan is psychosociale steun bij het verwerken van trauma’s, aanvullend op noodhulp, noodzakelijk.

Als we kinderen in oorlogsgebeiden alleen basisbehoeftes bieden, is het VN Kinderrechten-verdrag over 25 jaar een dode letter

Volwassenen van morgen
Psychosociale steun maakt kinderen weerbaarder. Het zorgt ervoor dat ze hun sociale capaciteiten leren stimuleren in moeilijke situaties. Het leert ze – ondanks de verliezen en slechte voorbeelden van geweld – omgaan met conflict. Het spreekt de sterke kanten van kinderen aan en speelt in op hun natuurlijke speelsheid, flexibiliteit en creativiteit. Kinderen moeten de kans krijgen om weer even kind te zijn, ook al zitten ze in een afschuwelijke situatie. Spelen, zingen, sporten en toneel onder professionele begeleiding helpen kinderen ontspannen en emoties te verwerken.

Kortom, psychosociale steun stelt kinderen in staat hun eigen toekomst met vertrouwen tegemoet te treden en vorm te geven. Zij zijn de volwassenen van morgen. Zij kunnen de cyclus van geweld doorbreken door te kiezen voor vrede in plaats van geweld.

Beloftes waarmaken
Het is belangrijk dat we vandaag niet alleen wereldwijd de 25e verjaardag van het Kinderrechtenverdrag vieren, maar ook denken aan de miljoenen kinderen die er niet van profiteren. Als we kinderen in oorlogsgebieden alleen basisbehoeftes bieden, dan is het VN-Kinderrechtenverdrag over 25 jaar een dode letter. Wij, humanitaire organisaties, hebben grenzen. We kunnen zeker geen conflicten oplossen. Maar wat we wél kunnen is noodhulp bieden, waaronder de psychosociale steun die kinderen nodig hebben om trauma’s te verwerken.

Wij doen daarom een dringend beroep op alle wereldleiders om conflicten op te lossen én zich te houden aan internationale afspraken zoals het Kinderrechtenverdrag, inclusief artikel 39. Want vergeet niet: kinderen onthouden alles. Laten we onze beloftes waarmaken.

Beloofd is beloofd. 

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons