Duurzame opvang: marketingtruc of opmaat naar betere wereld?

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Tien jaar geleden stond er nog een asielzoekerscentrum. Maar door het gebrek aan asielzoekers toentertijd, lopen er op dit terrein in Tuindorp nu kinderen in het wild rond. Kinderopvang Buitenkans laat hun grut scharrelen tussen de kippen, varkens en in de moestuin. Ze halen hun honing bij de bijenhouder, maken kunst in het buitenatelier en baby’s doen een dutje in de buitenbedjes.

“Hier heb ik de kinderopvang gemaakt die ik in Nederland zo miste.” Twintig jaar geleden kwam Elin Karllson uit Zweden naar Nederland. Hier vond ze de kinderopvang maar van belabberde kwaliteit. Vooral door het gebrek aan buiten zijn. “En dan bedoel ik niet op stoeptegels en de wipkip, maar echt in de natuur. In Zweden gebeurt dat veel meer, en dat ligt niet aan de ruimte. In Stockholm gaan ze gewoon met de bus naar het bos. Mijn heilige overtuiging is dat je alles wat je binnen doet, ook buiten kunt doen.” 

Het bordje

Op de wachtlijst staan meer dan honderd kinderen. Bij Buitenkans kopen ze tweedehands materialen in, werken met ecologische waar en de kinderen eten dus biologisch. Ze hebben uitsluitend verantwoorde luiers, handdoeken en schoonmaakmiddelen. “Duurzaamheid is tegenwoordig een heel hip begrip. Maar het betekent niet alleen dat je wel of geen duurzame luiers hebt. Het gaat ook om de duurzame relatie die je met ouders en kinderen opbouwt. Het allerbelangrijkste is dat kinderen goed in hun vel zitten. Dat zit meer in het personeel, dan in het groene beleid.”

Eén keer in de acht á negen maanden worden de varkens geslacht en komen er worstjes op het menu

Eén keer in de acht á negen maanden worden bij Buitenkans de varkens geslacht en komen er worstjes op het menu. “Zo leren ze ontzettend veel, zonder dat iemand van bovenaf hoeft te zeggen: vandaag hebben we het thema varkens.” Menig groene kinderopvang zal hierbij haar vraagtekens zetten, maar dat maakt Elin niet uit. Voor wie zou ze zich moeten verantwoorden? Een bordje voor de deur met een duurzaamheidskeurmerk, heeft ze niet. Want net zoals in de supermarkt, bestaat er ook een heel scala aan keurmerken in de kinderopvang: het Groene Kinderopvang Kwaliteitsmerk, een EKO-keurmerk en het Fair Trade Keurmerk. En net als in de supermarkt bestaan er ook in de kinderopvang twijfels over het nut en het commerciële aspect van deze keurmerken. Elin: “Ik vind ze maar onzin. Het is goed als je de strijd aangaat om gezonde opvang op de kaart te zetten, maar ik betwijfel of je dat met een keurmerk voor elkaar krijgt. Volgens mij wordt het vaak als marketing gebruikt: ‘kijk, wij zijn groen, kom maar.’

‘Is dat een sekte?’

“Je profileren als duurzame kinderopvang is een nieuwe manier van marketing wat hoort bij deze tijd”, zegt Rosanne Hogewoning, mede-eigenaar van Trias Kinderopvang in Sassenheim. Haar kinderopvang is de eerste die met een Fair Trade Keurmerk bordje voor de deur prijkt. Toen ze in 1998 openden, presenteerden ze zich als een kinderopvang op antroposofische basis: kindgericht, duurzaam, met natuurlijke materialen en biologisch. Rosanne: “Maar het woord antroposofisch schrikte ouders af. ‘Wat is dat? Is dat een sekte?’ Daarom zijn wij gaan switchen van benadering en droegen het uit als groen en duurzaam. We hebben de website en het logo aangepast. En het Fairtrade keurmerk sloot daar goed bij aan. Van visie zijn we nooit veranderd.”

Je profileren als duurzame kinderopvangs is een nieuwe manier van marketing wat hoort bij deze tijd

Het Fairtrade Keurmerk werd uitgereikt door de gemeente Teylingen die zichzelf ook Fairtrade Gemeente mag noemen en ondernemers probeert te stimuleren meer met dit thema te doen. “De wethouder van duurzaamheid is er erg trots op dat wij de enige kinderopvang in Nederland zijn met een Fairtrade keurmerk en gebruikt het dan ook graag in zijn promotie”, zegt Rosanne. “Er zijn veel criteria waar je als kinderopvang aan moet voldoen om het keurmerk te ontvangen. Dat gaat van je fairtrade productinkoop tot de manier hoe je je visie naar ouders en kinderen uitdraagt.” Edith Alkemade, die in de Fairtrade groep van Teylingen zit, komt regelmatig bij fairtradebedrijven over de vloer en kijkt dan of de Fairtrade criteria nog actueel zijn.

Meisje aan tafel, 6 jaar: 'Dat heet recycle.'

Maar tegelijkertijd is Edith (beter bekend als Edith in ’t Wild, door de natuurexpedities die ze met kinderen doet) projectmanager bij Trias Kinderopvang. Tijdens mijn bezoek opent ze de deur voor een man die kapotte spullen komt brengen. Het is voor het door hun zelf opgezette Repair Café voor kinderen. “Daarmee proberen we ze bij te brengen dat je niet alles moet weggooien”, legt Edith uit. “We maakten een keer papieren moestuinpotjes van oude kranten. Toen zei een jongetje: ‘Maar juf, dat is toch zonde van al die kranten?’ Ik zei: ‘Ja, maar dit zijn oude kranten, die hebben we al gelezen en gaan toch bij het oud papier. Op deze manier gebruiken we ze weer om er iets van te maken.’ Meisje aan tafel, 6 jaar: ‘Dat heet recycle.’ Dat is toch fantastisch? Dan denk ik: nou we doen het goed.”

Trend?

Wordt duurzame kinderopvang echt steeds populairder? Richard van Dam, communicatiemedewerker van de Brancheorganisatie Kinderopvang, weet van niets. “Duurzame kinderopvang is gewoon een vorm van kinderopvang. Net zoals je kinderopvang hebt die zich vooral richt op sport. Ik heb niet het idee dat er een toename is en daar zijn bij ons ook geen cijfers over bekend. Wel juichen we het van harte toe. Wij hebben ook werkgroepen waar we aandacht besteden aan gezonde kinderopvang.”

Maar ook bij Trias Kinderopvang staan de kinderen in grote getalen op de wachtlijst. Misschien gaat de ontwikkeling van de kinderopvang mee met die in de supermarkt. Vorig jaar is de omzet van biologische producten in de supermarkt met 19 procent gestegen. Ook Fair Trade producten vliegen in steeds rapper tempo de deur uit. Ouders die hun kind uitsluitend biologische producten voorschotelen, zullen gaan nadenken over of hun kind eigenlijk ook wel gezond eet buiten de deur. Ze hebben er geen zicht op.

Ouders zullen nadenken of hun kind eigenlijk ook wel gezond buiten de deur eet

De termen en keurmerken worden ook wel een beetje door elkaar heen gebruikt. Het EKO-keurmerk krijg je aanvankelijk als je 100 procent biologisch eten serveert, maar ook hameren ze op duurzame aspecten, zoals groene energie. En de kinderopvang met het Fairtrade-label garandeert ook veel aandacht voor natuur en buitenspelen. En dan praten we nog niet over de agrarische kinderopvang.

Ik vind het een soort gevangenis creëren voor kinderen

Sloophamer

Het Groene Kinderopvang Kwaliteitsmerk heeft wel één duidelijke missie: kinderen moeten de natuur in. Of het nou wil of niet. “Duurzame energie en het hameren op afvalscheiding laat ik aan anderen over.” Janneke van den Bos, oprichter van het kwaliteitsmerk, maakt een strijdlustige indruk en maakt zich duidelijk ernstige zorgen om ‘de vernietiging van moeder aarde.’ “Deze generatie is de toekomst en moet naar buiten. Straks hebben we alleen maar digitale wonderen, maar geven ze niks om aarde en natuur. Welke rijke beleving geven wij onze kinderen met wipkippen en betonnen tegels? Kom op, je hoeft niet slim te zijn om te realiseren dat dat not done is. Ik vind het een soort gevangenisstraf creëren voor kinderen. Kinderopvang versloft daar echt.”

Kinderopvang die in aanmerking wil komen voor het kwaliteitsmerk van Janneke moet naast 350 euro betalen, ook voldoen aan veel eisen. Zo moeten de kinderen minimaal een uur per dag buiten zijn, ongeacht het weer. Ook moeten de kinderen kunnen zaaien en oogsten en de buitenruimte moet kinderen de kans geven om zich te verstoppen. “Als alles positief is, krijgen ze een mooi bordje naast de deur, een certificaat, een appelboom en een boek over moestuinieren. Na twee jaar komt er een vrijwilliger om te kijken of het niet allemaal één grote poppenkast was.”

Na twee jaar komt er een vrijwilliger om te kijken of het niet allemaal één grote poppenkast was

Janneke wil naar eigen zeggen dolgraag nog eens met een sloophamer naar binnen bij de overheid. “Er moet iets van bovenaf gebeuren. Nu komt er een GGD-inspecteur om te kijken of je wel genoeg buitenruimte hebt en of je mensen wel een diploma hebben, maar ze zouden ook naar andere punten op het gebied van natuurbeleving moeten kijken. Heel zwart wit gezien zou het ideaal zijn als er over tien jaar geen kwaliteitsmerken, keurmerken of certificaten meer nodig zijn.”

Emigreren

Als ik ooit kinderen krijg, lijkt het me best leuk om ze onder te brengen bij een duurzame, biologische, of fairtrade kinderopvang. Lekker tukken in een buitenbedje en recyclen in het Repair Café lijken me niet verkeerd voor die kids. Maar al die keurmerken zijn me toch allemaal net iets te vaag. Al geloof ik best dat deze mensen de kinderopvang oprecht willen verduurzamen, en dat het niet altijd een marketingtruc hoeft te zijn. En mochten de wachtlijsten zo lang blijven, en mijn kind zit straks noodgedwongen met een wipkip opgescheept in plaats van een echte kip, dan emigreer ik gewoon naar Zweden.

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons