Achtergrond

Voel je thuis in een gemixte wijk

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Voel jij je thuis in je wijk? Het blijkt dat wijkprojecten zeker het saamhorigheidsgevoel kunnen vergroten. Maar sommige projecten zijn missers en zorgen voor uitsluiting en competitie. “Ik wil gewoon naar de bingo met mijn man.”

Myrte Hoekstra deed aan de Universiteit van Amsterdam haar promotieonderzoek naar het ‘thuisgevoel’ in Amsterdamse wijken. Wij spraken haar.

Wat zorgt ervoor dat Amsterdammers zich thuis voelen in hun wijk?
“Herinneringen aan een buurt en de gehechtheid aan een woonomgeving blijken belangrijk, zogenaamde autobiografische factoren. Je voelt je thuis in je wijk wanneer je bijvoorbeeld langs de speeltuin fietst waar je vroeger hebt geklierd met de buurtkinderen tot je naar binnen werd geroepen door je moeder. Ook je sociale netwerk draagt bij aan een band met je wijk. Denk aan de groenteboer waar je altijd komt, buurtbewoners die je groeten of een buurvrouw met wie je af en toe een praatje maakt.

VolewijckVolewijck is een van de drie wijken in Amsterdam waar Hoekstra onderzoek heeft gedaan. Deze arbeiderswijk is een van de Amsterdamse aandachtswijken. In de Van der Pekbuurt is bijvoorbeeld al een aantal jaren een proces van stadsvernieuwing aan de gang. De buurt wordt flink ontwikkeld; de hippe tentjes schieten de grond uit.   

Je hebt onder andere onderzoek gedaan in de Amsterdamse Volewijck. Hoe zit het daar met het thuisgevoel?
“In Volewijck [zie kader, red.] is de afgelopen jaren veel veranderd. Door de stadsvernieuwing kregen oorspronkelijke bewoners een gevoel van identiteitsverlies. Er veranderde van alles en buurtbewoners waren het hier vaak niet mee eens. Ze kregen het gevoel geen inspraak te hebben. Zo kunnen veranderingen in de wijk je thuisgevoel beïnvloeden.”


De Amsterdamse wijken waar Hoekstra haar onderzoek heeft uitgevoerd: Volewijck, Slotermeer-Noordoost en Bijlmer Centrum. Bron: ICEC.

Verschillen worden overbrugd, het saamhorigheidsgevoel wordt versterkt en het wederzijds begrip groeit

Je hebt onderzocht of buurtprojecten het saamhorigheidsgevoel kunnen versterken. Wat kwam er uit?
“Wijkprojecten kunnen zeker werken. Een voorbeeld is participatieproject VoorUit , dat als doel heeft bij te dragen aan de sociale samenhang in negen Amsterdamse wijken. Hier doen studenten van de UvA en de VU tien uur per week maatschappelijk werk in de wijk in ruil voor woonruimte. Het zijn studenten die oorspronkelijk niet uit deze buurt komen. Ze zijn dus nieuwkomers in het sociale netwerk van de buurt. De studenten fungeren als een tussenpersoon. Daarnaast doen ze verschillende activiteiten, zoals taallessen met volwassenen. Door dit project worden verschillen overbrugd, het saamhorigheidsgevoel wordt versterkt en wederzijds begrip groeit. Wat ook meehelpt is dat de wijkbewoners goede associaties hebben met studenten. De ouders vertrouwen hun kinderen toe aan de studenten. Bovendien krijgen de kinderen uit de armere wijken een ander soort rolmodel [iemand met toegang tot de Universiteit, red.] die ze in hun eigen sociale kring (vaak) niet hebben.”

Ben je ook wijkprojecten tegengekomen die niet werken? 
“Helaas wel, ja. Er was een voormalig buurtcentrum dat gerund werd door ‘autochtone’ Nederlandse oudere mensen. Dit gebouw was een van de ontmoetingsplekken in de buurt, waar onder andere bingoavonden georganiseerd werden. Op een gegeven moment stopte de subsidie. Een ander project, waar ondernemerschap onder ‘allochtone’ vrouwen werd gestimuleerd, was een succesverhaal in een andere Amsterdamse wijk. Het mocht worden uitgebreid en zo werd het voormalige buurtcentrum weer in gebruik genomen, dit keer als multicultureel vrouwencentrum.

Ik wil gewoon naar de bingo met mijn man

Maar het werkte gewoon niet. Sommige mensen voelden zich er totaal niet meer thuis. Mannen waren niet welkom in dit buurtcentrum en dit leidde tot uitsluiting. Oudere vrouwen wilden gewoon met hun man naar de bingo. Het werd een ‘wij-zij’ verhaal. Er was ineens competitie over het gebouw en er ontstonden discussies over voor wie de buurt nou eigenlijk is.”

Wat kunnen we doen?
“Vaak is het idee achter projecten dat mensen dezelfde gedachten hebben, maar in de praktijk gaat dit niet op. Beleidsmakers moeten er niet vanuit gaan dat iedereen hetzelfde wil. Denk daarom goed na wat je wilt bereiken. De projecten die als doel hebben het saamhorigheidsgevoel te vergroten leiden meestal niet tot diepe vriendschappen. Wel zeggen de buurtbewoners een verminderd gevoel van afstand te hebben. Een bekend gezicht zien of een buurtbewoner groeten is al iets dat bijdraagt aan een fijn thuisgevoel in je wijk. Verder is het altijd makkelijk om een gesprek aan te knopen over over je hond of kind.”

Myrte Hoekstra werkt als promovendus bij de afdeling Stadsgeografie aan de Universiteit van Amsterdam. Ze doet onderzoek naar thuisgevoel en participatie in etnisch diverse buurten. Ook onderzoekt ze wat lokaal beleid voor invloed heeft op thuisgevoel en participatie. 

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons