Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld.
Word abonnee
In 2017 ging
0,6 procent van het BNI naar ontwikkelingssamenwerking. Het kabinet trekt in 2018 slechts 0,54 procent voor ontwikkelingssamenwerking uit, en voor 2020 een schamele 0,48 procent. De internationale afspraak tussen geïndustrialiseerde landen om
jaarlijks 0,7 procent van het BNI te besteden aan ontwikkelingssamenwerking wordt daarbij compleet aan de laars gelapt. De Nederlandse economie groeit de komende jaren, maar het ontwikkelingsbedrag groeit niet mee: erger, dat zakt. De koek wordt dus groter, maar het percentage dat naar ontwikkelingssamenwerking gaat, wordt alleen maar kleiner.
Oxfam Novib toont een confronterend filmpje over het dalende percentage.
Niet alleen de regering geeft weinig prioriteit aan het investeren in de ontwikkeling van arme landen: slechts 2% van de Nederlanders ziet ontwikkelingssamenwerking als onderwerp waarmee het volgende kabinet als eerste aan de slag moet, bleek uit het
NOS Prinsjesdagonderzoek 2017.
Onduidelijkheid over resultaten
Er heerst veel scepsis over ontwikkelingssamenwerking. OneWorld-auteur Fiona Korthals Altes kwam tot de conclusie dat dit vooral te wijten is aan de moeite die het burgers kost om inzicht te krijgen in ontwikkelingsbeleid. Dat houdt de
onduidelijkheid over hoe ontwikkelingssamenwerking precies werkt (waar het geld naartoe gaat, hoe dat wordt gecontroleerd en wat het oplevert) in stand.
Om daar verandering in te brengen kwam een aantal dagen geleden de overheidssite http://osresultaten.nl online, die de resultaten van ontwikkelingsprojecten bijhoudt. Of en hoe volledig deze resultaten in kaart kunnen worden gebracht blijft nog maar de vraag. Overigens speelt dit wel een grote rol in de meningsvorming van burgers over ontwikkelingssamenwerking.
Minder geld naar kwetsbaarsten
Een tweede probleem is dat een flink deel van het ontwikkelingsbudget van 2018 wordt besteed in Nederland zelf in plaats van het buitenland:
535 miljoen euro (een achtste van het totale budget) gaat bijvoorbeeld naar de opvang van vluchtelingen. Daarnaast zal zo’n
750 miljoen euro worden besteed aan klimaatfinanciering voor ontwikkelingslanden en vloeit er nog een onbekend bedrag van het ODA (Official Development Assistance) naar subsidies voor Nederlandse bedrijven.
De begroting geeft aan te streven naar een sterkere rechtspositie voor vluchtelingen, betere voorzieningen en het stimuleren van economische groei in ontwikkelingslanden. Er zullen onder andere programma’s worden verleend gericht op de grondoorzaken van een conflict, innovatie van humanitaire hulpverlening en duurzame opvang van vluchtelingen in de regio. Jammer genoeg moeten deze programma’s het met steeds minder geld doen, mits het kabinet haar beleid aanpast.
