Waarom waterprojecten wél kunnen slagen

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

“Er is nog veel werk aan de winkel, want het water stroomt, maar het waterbedrijf en het bestuur zijn er nog niet klaar voor”, aldus Eyole Lambe vanuit Kameroen. Hij is projectleider van het  'Kake II waterproject'. Sinds september 2015 stroomt schoon water vanuit een kratermeer door een negen kilometer lange waterleiding naar publieke kranen en huisaansluitingen. Een kleine 9.000 dorpsbewoners  is zowel consument als eigenaar; hun waterbedrijf runt de toko. De operationele kosten? Eén euro per inwoner per jaar.

Hebben we het lek boven?
In ons artikel van 2012 schreven wij over het falen van zoveel waterprojecten. Toch is het feest, want de ‘Millenium Development Goal’ op gebied van toegang tot schoon drinkwater is gehaald. 89 procent van de mensen heeft nu toegang tot schoon drinkwater. Bovendien blijkt uit onderzoeksrapporten van Partos dat de Nederlandse ontwikkelingssamenwerking effectiever en efficiënter is dan we met z’n allen jarenlang dachten.

WatersystemenIn ons werkgebied in Kameroen vind je twee verschillende watersystemen:

  • Waterpompen die grondwater aanboren op een handmatig of soms mechanisch aangedreven wijze.
  • Waterleidingsystemen die het water vanuit natuurlijke oppervlaktebronnen, door zwaartekracht of pompen aangedreven, via een stelsel van pijpleidingen naar de dorpen brengen.

Wij werken waar mogelijk met door zwaartekracht gedreven waterleiding systemen. Deze bieden de grootse reikwijdte in verzorgingsgebied, leiden tot relatief lage operationele kosten en zijn in onze ogen het meest duurzaam.

In Kameroen, waar wij werken, is het verhaal echter minder positief. Onze lokale partners signaleren dat veel watersystemen het binnen enkele jaren na oplevering begeven, omdat het moeilijk blijkt duurzaam management in de dorpen te realiseren. Dergelijk falen laten statistieken zelden zien: ze tellen immers op voor hoeveel mensen toegang tot water is gerealiseerd, in plaats van te monitoren hoeveel watersystemen (zie kader, red.) na pak 'm beet twintig jaar nog werken.

Falende projecten
In het dorp Kake II vertelden de dorpsbewoners begin 2012 dat zij vele organisaties zagen komen en gaan. Geen van deze initiatieven was succesvol en het dorp zat nog altijd zonder drinkwater. Kake II is helaas exemplarisch voor de meeste rurale waterprojecten in Kameroen. Belofte maakte daar zelden schuld en werd er desondanks een watersysteem gebouwd, dan begaf deze het vroeg of laat. Het gevolg is een groot wantrouwen in de overheid, in ontwikkelingsorganisaties én in elkaar als dorpsbewoners onderling.

Werd er eindelijk een watersysteem gebouwd, dan begaf deze het vroeg of laat toch wel

De meeste rurale watersystemen die wel gebouwd werden, kennen een gebrekkige lokale organisatie. Ontwikkelingsorganisaties voerden het project uit en zijn inmiddels weer vertrokken. De overheid geeft niet thuis of ontbeert de middelen en competenties om haar rol te pakken. Watercommissies in veel dorpen zijn niet bij machte om deze rol over te nemen. Het managen van een watersysteem is immers niet eenvoudig.

Dorpsbewoners weigeren dan ook vaak te betalen voor hun waterverbruik omdat ze er geen vertrouwen in hebben dat het geld op de juiste plek terecht komt. En een gebrek aan financiële middelen en daarmee onderhoud is weer een belangrijke aanleiding tot een falend watersysteem. Bij het starten van een waterproject in deze vicieuze cirkel en sfeer van wantrouwen sta je bij de aftrap met 1-0 achter.

Bouwen aan vertrouwen
De uitdaging is dus om vertrouwen, een sterke organisatie en een watervoorziening op te bouwen. En dat kan zeker hand in hand gaan. Een verandering in de mindset en het vertrouwen van de bevolking kun je alleen niet afdwingen met een projectmatige aanpak waarin tastbare resultaten behaald moeten worden en waarbij harde deadlines gelden.

[[{“fid”:”41248″,”view_mode”:”file_styles_artikel_halve_breedte”,”fields”:{“format”:”file_styles_artikel_halve_breedte”,”field_file_image_alt_text[und][0][value]”:”Voorzitter James Ewane, project leider Eyole Lambe en technisch opzichter Elias Dadong onderweg naar het kratermeer Barombi, de bron van het Kake II watersysteem.”,”field_file_image_title_text[und][0][value]”:”Voorzitter James Ewane, project leider Eyole Lambe en technisch opzichter Elias Dadong onderweg naar het kratermeer Barombi, de bron van het Kake II watersysteem.”},”type”:”media”,”attributes”:{“class”:”artikel_halve_breedte file-file-styles-artikel-halve-breedte file-styles media-element styles”,”id”:”styles-4-0″}}]]
Voorzitter James Ewane, project leider Eyole Lambe en technisch opzichter Elias Dadong onderweg naar het kratermeer Barombi, de bron van het Kake II watersysteem. Foto: LiveBuild

Daarom begeleiden lokale projectleiders, die wij goed kennen, de dorpen. Zij winnen het vertrouwen van de dorpsbewoners door iedere week in de dorpen aanwezig te zijn. Ze praten met hen over hun zorgen en ondersteunen hen om sluimerende lokale conflicten en oude vetes op te lossen die later in het proces een sta in de weg kunnen vormen. Ze investeren veel tijd in persoonlijk contact en zorgen dat de 'goeien' in de besturen en commissies terecht komen. Deze 'goeie' dorpsbewoners willen oprecht het beste voor hun dorp en zitten er niet om eigen gewin bij. Ook werken ze ernaar toe dat dorpsbewoners het normaal vinden om te betalen voor schoon drinkwater. Dit hele proces van voorbereiding duurt al gauw twee jaar.

Bouwen aan een waterbedrijf
Het parallel daaraan opzetten van een organisatie (met personeel, regels, beleid, etc.) die het watersysteem beheert én waarin de dorpsbewoners vertrouwen krijgen, kost eveneens veel tijd en energie. Een belangrijke vroege stap hierin is het oprichten van een watervereniging, waarvan iedere dorpsbewoner automatisch lid is. De bestuursleden zijn gekozen dorpsbewoners en krijgen twaalf meerdaagse trainingen om hun nieuwe taken zo goed mogelijk uit te voeren. Zij worden klaargestoomd voor hun taken op gebied van beleid, financiën, communicatie en bestuur.

Een belangrijke stap is het oprichten van een watervereniging, waarvan iedere dorpsbewoner lid is

De watervereniging is eigenaar van het toekomstige waterbedrijf dat verantwoordelijk wordt voor het dagelijkse reilen en zeilen van hun watersysteem. Het waterbedrijf zorgt voor onderhoud en voor het innen van de bijdrage van iedere inwoner van het verzorgingsgebied van het watersysteem. Het waterbedrijf heeft technici, financiële medewerkers en administratieve krachten in dienst. Het lokale waterbedrijf legt ieder jaar verantwoording af aan de watervereniging, en dus aan alle bewoners, over haar werkzaamheden en financiële huishouding. Zo bouwt stapje voor stapje het vertrouwen op binnen de gemeenschap dat hun geld goed besteed wordt.

Ook in dorpen waar het inkomensniveau laag is, kan zo een watersysteem financieel duurzaam beheerd worden. Gemiddeld betaalt iedere inwoner namelijk slechts één euro per jaar (privé-aansluitingen buiten beschouwing latend). In Kake II genereert dit circa € 9.000,- en dat volstaat ruimschoots voor het onderhoud en management. Door jaarlijks geld opzij te zetten, heeft de watervereniging na verloop van tijd voldoende financiële middelen om hun systeem volledig te renoveren of te vervangen. In kleine dorpen waar het inwonertal te klein is, beperkt het waterbedrijf zich tot onderhoud. Om financiële redenen is het daarom ideaal als meerdere dorpen één drinkwatervoorziening delen. Zo worden zij later niet opnieuw afhankelijk van steun van buitenaf. 

Work in progress
Het watersysteem van Kake II breidt de komende jaren uit naar een verzorgingsgebied van circa 17.500 mensen in vijf dorpen. Daarnaast zijn in nog vier regio’s waterbedrijven voor ruim 45.000 mensen in opbouw. Er is geen vaste einddatum voor deze projecten.

De kracht van de aanpak ligt niet in het volgen van een tot in de puntjes uitgewerkt projectplan, in Nederland bedacht. Of in het genereren van tastbare korte termijn resultaten, zoals de bouw van een watersysteem.

De kracht ligt in Kameroen, in het moeizaam verkregen wederzijds vertrouwen, het realiseren van de juiste randvoorwaarden én de nodige dosis flexibiliteit. Zo ondervangen we de belangrijkste oorzaken voor falen en bouwen we verder aan een model waarmee waterprojecten wél kunnen slagen.

Over de auteursHenrike Prudon en Koen van Bremen zijn werkzaam bij LiveBuild, een organisatie die mensen in Kameroen en Nederland ondersteunt om zich te ontwikkelen en zo bij te dragen aan een mooiere wereld. Koen is directeur, Henrike is project coördinator. Ze werken op dit moment aan alternatieven voor traditionele ontwikkelingsmodellen op het gebied van watervoorziening en de lokale koffieketen.

[[{“fid”:”40258″,”view_mode”:”default”,”fields”:{“format”:”default”,”field_file_image_alt_text[und][0][value]”:”Een abonnement op OneWorld magazine voor 25 euro”,”field_file_image_title_text[und][0][value]”:”Een abonnement op OneWorld magazine voor 25 euro”},”type”:”media”,”attributes”:{“alt”:”Een abonnement op OneWorld magazine voor 25 euro”,”title”:”Een abonnement op OneWorld magazine voor 25 euro”,”style”:”height:69px; width:581px”,”class”:”file-default media-element”}}]]

 

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons