Achtergrond

Kritiek tegen amnestiewet nu menens

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

In eerste instantie leek het alsof de internationale gemeenschap zich niet wilde uitspreken over de omstreden Amnestiewet. Alleen Nederland en organisaties als Amnesty International en de Interamerikaanse mensenrechtencommissie van de OAS lieten can zich horen. Niets blijkt minder waar. 

Toen donderdag 12 april buitenlandse zakenminister Winston Lackin bekendmaakte dat de Organisatie van Amerikaanse Staten het regeringsverzoek om te helpen met het instellen van een Waarheids- en Verzoeningscommissie  zou hebben gehonoreerd, klonk een symbolisch gejuich aan kant van de amnestievoorstanders. Alleen Nederland zou vanuit neokoloniale motieven Suriname de les willen lezen door de twintig miljoen resterende euro uit de Verdragsmiddelen per direct op te schorten.

Inmiddels is bekend dat OAS nog geen officiële toezegging heeft gedaan aan Suriname om haar te helpen met het opzetten van een Waarheids- en Verzoeningscommissie. Ondertussen wordt wel de Wet Waarheidscommissie donderdag 19 april in het Surinaams parlement voor de eerste maal behandeld.

De maatregel  van Nederland is een zwaar pressiemiddel en de gevolgen zijn voor heel Suriname en niet enkel de regering en de 28 leden van het parlement die voor de wet hebben gestemd. Het is goed mogelijk dat de lokale kunst, cultuur en vooral sociale sector de dupe van deze maatregel gaan worden. Desondanks is de Nederlandse maatregel vanuit diplomatiek oogpunt een goed pressiemiddel. Waar nu nog onder sommige groepen een anti-Nederland sentiment heerst, zal de maatregel op de lange duur vooral het anti Surinaamse regeringssentiment versterken. Precies dat beoogt Nederland met de maatregel: de Surinaamse regering plus parlement dwingen de omstreden amnestiewet terug te draaien.

VN en VS ook tegen
[[{“type”:”media”,”view_mode”:”media_large”,”fid”:”14830″,”attributes”:{“height”:400,”width”:400,”style”:”float: right; height: 140px; width: 140px;”,”class”:”media-image media-element file-media-large”}}]]

De Verenigde Naties hebben zich inmiddels ook tegen de nieuw aangenomen amnestiewet uitgesproken. En de Verenigde Staten sturen een per direct nieuwe, tactisch ambassadeur. die al eerder zaken op orde stelde in Irak. Dat  de VS haar huidige ambassadeur John Nay vervangt door topdiplomaat Jay Anaina die onmiddellijk van zijn post in Bagdad wordt gehaald, is veelzeggend. Anaina wordt alleen op politiekgevoelige posten geplaatst en diende eerder voornamelijk in Azie en het Midden-Oosten.  Bij het Amerikaans ministerie van Buitenlandse Zaken is Anaina daarnaast Chef van Informatie. Medio jaren tachtig werden dankzij zijn bemiddeling Amerikanen uit Mexicaanse gevangenissen vrijgelaten, aldus informatie uit een lokale krant.

Dat in één adem de Verenigde Naties in de hoedanigheid van Navi Pillay,  hoofd van de VN Mensenrechtencommissie, ook haar afkeur uitspreken over de Surinaamse amnestiewet, zou bij het kabinet Bouterse-Ameerali  zeker alarmbellen moeten doen rinkelen. In plaats daarvan lijken regering en coalitieleden in het parlement in Suriname echter uit een soort kwajongensbravoure alle kritiek, nationaal en internationaal, weg te wuiven.

Mediamachine voor amnestie
[[{“type”:”media”,”view_mode”:”media_large”,”fid”:”14831″,”attributes”:{“height”:295,”width”:300,”style”:”float: right; height: 138px; width: 140px;”,”class”:”media-image media-element file-media-large”}}]]Sterker nog, een zware publiciteitsmachine wordt ingezet om de omstreden wet goed te praten. Niemand minder dan parlementsvoorzitter Jennifer Geerlings-Simons  legde vrijdag 13 april in een regeringsprogramma op televisie uit waarom gratieverlening nu en wel op deze wijze nodig was en waarom daarna pas een Waarheids-en Verzoeningscommissie zal worden ingesteld. Mocht deze er op een dag werkelijk komen met behulp van de OAS, is de vraag wat voor zin zo’n Waarheids- en Verzoeningscommissie heeft als al gratie is verleend.  Ook is de vraag of ondervraagden/ verdachten/ daders wel geneigd zullen zijn de waarheid te spreken als hen toch al straf is kwijtgescholden.

Geerlings-Simons is overtuigd van wel. In haar tv-praatje haalde zij besprekingen tussen afgezanten van de toenmalige NDP regering onder leiding van oud-president Jules Wijdenbosch, nabestaanden, het bedrijfsleven en religieuze en maatschappelijke organisaties  en de politieke oppositie in de hoedanigheid van het Nieuw Front voor Democratie en Ontwikkeling uit 1998 aan.

8 december politieke speelbal
Het algemeen sentiment toen was dat er een Waarheids- en Verzoeningscommissie moest komen.  Geerlings-Simons legde uit dat omdat de regering Wijdenbosch een jaar later, in 1999, door massale demonstraties ten val werd gebracht, deze waarheidscommissie door haar NDP niet kon worden gerealiseerd. Ik breng er tegenin dat tussen 1998 en de start van het 8 december proces, negen jaar lag. En dat het pas in het jaar 2000 de nabestaanden van de slachtoffers van de Decembermoorden de verjaring van de misdaden gepleegd op 8 december, gestuit hebben. Er is toen een gerechtelijk vooronderzoek gekomen. Hierna kon het 8 december proces op 30 november 2007 beginnen.

Als Suriname – dan heb ik het voornamelijk over beide politieke kampen plus alle relevante maatschappelijke en religieuze groeperingen en nabestaanden  – werkelijk had gewild dat die Waarheidscommissie er kwam, was deze er gekomen. Het waren de nabestaanden die via juridische kanalen gerechtigheid en waarheid via het 8 december strafproces hebben nagejaagd. Hen is dit recht ontnomen sinds 4 april, de dag dat aan alle verdachten in het proces gratie werd verleend.

Suriname opgepast
[[{“type”:”media”,”view_mode”:”media_large”,”fid”:”14832″,”attributes”:{“height”:513,”width”:627,”style”:”height: 115px; width: 140px; float: right;”,”class”:”media-image media-element file-media-large”}}]]

Maakt de Surinaamse regering het te bont met het overtreden van algemene mensenrechten-, juridische, burgerlijke en politieke rechten, en wordt de onrust in de samenleving te groot, is ingrijpen vanuit VN-verband in een niet al te verre toekomst onwaarschijnlijk, maar niet langer ondenkbaar. De afgelopen dagen is de onrust in de samenleving alleen maar toegenomen.

Behalve de ruzies die uitgevochten worden op online sociale media tussen gewone burgers, kwam het maandag 16 april in het parlement tot een clash tussen parlementsvoorzitter Jenny Geerlings-Simons en parlementariërs van de oppositie. De initiatiefwet op Belaging werd behandeld.  Enkele leden van de Commissie van Rapporteurs van deze wet, Chan Santokhi, Guno Castelen, Winston Jessurun en Arthur Tjin-A-Tsoi – allen leden van de oppositie – protesteerden tegen het feit dat de parlementsvoorzitter hen een spreekverbod oplegde omdat zij de discrepantie wilden aantonen tussen  het wel aannemen van een amnestiewet waardoor het recht van burgers op een eerlijke berechting en recht van nabestaanden op het krijgen van gerechtigheid is geschonden en de Wet op Belaging dat burgers het recht geeft maatregelen te nemen tegen personen die hen lastigvallen.

Een belager kan zijn een stalker die door de rechter een straatverbod wordt opgelegd. Of een familielid dat werd vermoord en die je als nabestaande vervolgens achter slot en grendel wil hebben Santokhi refereerde in deze naar de 8 december nabestaanden, het 8 december strafproces en de amnestiewet. Geerlings-Simons vond dat zijn opmerkingen niet ste maken hadden met de Wet Belaging, dus snoerde zij Santokhi en zijn parlementaire medestanders, de mond door hen hun spreektijd te ontnemen. Toen deze vervolgens uit protest hiertegen voor het bureau van de assembleevoorzitter gingen staan, liet Geerlings-Simons hen onder politiebegeleiding uit de zaal verwijderen. Uit solidariteit verliet toen de rest van de oppositie de zaal.

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons